Eind 1934 – 22 oktober 1938 Tienko Hummel en Marchien Venekamp
De eigenaar in deze periode, Siebe Oosterbeek
Op 22 januari 1935 wordt een koopakte opgesteld, waarbij Siebe Oosterbeek, de eerste zoon van Trijntje de Vries, ’t Veloatje kreeg toegewezen. Trijntje de Vries was bij het passeren van de akte aanwezig, alsook het echtpaar Dirk Hofkamp en Jantje Oosterbeek, de dochter van Trijntje. Ook Siebe Oosterbeek zelf was speciaal voor het passeren van deze akte uit Duitsland overgekomen, waar hij op dat moment woonde (zie verder in deze episode).
Fragment uit Akte van eigendomsovergang, kadaster Groningen 1935
In de akte gaan de aanwezigen akkoord met het toewijzen van ’t Veloatje aan Siebe Oosterbeek:
Fragment uit Akte van eigendomsovergang, kadaster Groningen 1935
Zoals eerder is aangegeven was Siebe Oosterbeek op jonge leeftijd naar Duitsland verhuisd om daar een slagerij in Lilienthal te beginnen. Hij werd daar slager en trouwde met de Duitse H. Komber (Deze slagerij bestaat nog steeds en wordt gerund door zijn kleinzoon : Sieber Oosterbeek Schlachterei, Klosterstr. 4, 28865 Lilienthal, Niedersachsen , zie foto’s hieronder).
De slagerij Oosterbeek in Lilienthal, vóór
en na de verbouwing
Siebe Oosterbeek en zijn vrouw krijgen drie kinderen:
- Käte Oosterbeek; zij trouwt later met Hans Kruse
- Henni Oosterbeek; zij trouwt later met Hermann Rohdenburg
- Sieber Oosterbeek; hij trouwt later met Aenne Lindner (hun zoon Sieber is nu eigenaar van de slagerij in Lilienthal)
Een anekdote over Jantje Hofkamp-Oosterbeek en haar broer Siebe.
Na de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) brak er in Duitsland een economische crisis uit, die in de jaren ’20 van de vorige eeuw door chaotische stakingen een hyperinflatie veroorzaakte. Hierdoor ontstond in Duitsland een forse geldontwaarding. Jantje ging regelmatig naar Duitsland bij haar broer Siebe op bezoek. Om de geldontwaarding te ontlopen smokkelde zij toen voor Siebe geld in haar onderbroek mee naar Nederland. Zij kocht van dit geld voor hem als investering 5 hectare land in Noordwolde. (“Land behoudt zijn waarde”).
De aankoop van grond door de man van Jantje Oosterbeek voor haar broer Siebe (Nieuwsblad van het Noorden van 10 februari 1932)
Jantje Hofkamp-Oosterbeek en broer Siebe Oosterbeek, 1958 (coll. fam. Oosterbeek)
De toenmalige gemeente Ezinge heeft in de jaren 1944 nog geprobeerd, om een stuk grond van ’t Veloatje van Siebe Oosterbeek voor een gulden over te nemen, waar de Oldijk als weg op was gelegd. Hij heeft daar nooit op gereageerd (verderop in deze episode). Een deel van de kop van de Oldijk hoort dus nog bij ’t Veloatje. Siebe Oosterbeek verkocht’t Veloatje in 1953 via een publieke verkoping:
Nieuwsblad vh Noorden van 1 mei 1953 (Delpher). Café Franssens is huidig café De Brug (Douwe Frans Franssens)
Siebe Oosterbeek overleed in 1961 in Lilienthal op 72-jarige leeftijd.
De bewoners Tienko Hummel en Marchien Venekamp
Nadat zijn moeder, Trijntje de Vries, naar Niebert was verhuisd, betrok Tienko Hummel met zijn vrouw Marchien Venekamp en hun dochter Catrien vanuit Oldijk 1 ’t Veloatje.
Tienko (Berend) Hummel is geboren op 14 december 1904 op ’t Veloatje.
Marchien Venekamp is geboren op 1 februari 1906 in Eenrum als dochter van dagloner Jan Veenekamp en Maria Dekker uit Eenrum.
Tienko en Marchien trouwden in Eenrum op 6 januari 1926, Tienko was toen stoker op de melkfabriek van Ezinge.
Tienko Hummel was al in 1920 als losse hulp gaan werken voor fl. 8,50 per week op de zuivelfabriek, zoals blijkt uit het jaarverslag van dat jaar van de fabriek:
Uit het jaarverslag Zuivelfabriek van 1920
Een jaar later was Tienko nog steeds hulp, maar in het jaarverslag van de fabriek van 1922 valt te lezen, dat hij “papkoker” was geworden voor een weekloon van 14 gulden:
Uit jaarverslag zuivelfabriek van 1922
Het bijzondere aan de werkperiode van Tienko bij de zuivelfabriek is, dat zijn “dienstjaren” pas zijn gaan tellen vanaf 29 maart 1925, waarschijnlijk toen hij stoker werd. We nemen aan, dat hij toen pas echt in loondienst is gekomen bij de zuivelfabriek (zie verderop in deze episode).
Nadat Tienko en Marchien waren getrouwd gingen ze op ’t Veloatje wonen bij de ouders van Tienko, Berend Hummel en Trijntje Hummel-de Vries. Een paar maanden later werd op ’t Veloatje hun dochter geboren:
- Catriena Maria, geboren op 22 april 1926. Zij trouwde later met Gerrit W. Siersema uit Amsterdam (zie verderop in deze episode)
Kort daarna verhuisden ze op 12 juli 1926 naar Saaksum.
Op 7 juli 1927 keerde het gezin Hummel weer terug Ezinge en betrokken de helft van het huis, wat op de hoek van de Torenstraat en Slagtersrijge heeft gestaan (nu een klein dierenweidje). In 1932 verhuisden ze daarna naar Oldijk 1, wat indertijd “Lutje Veloatje" werd genoemd. Ze woonden dus naast de moeder van Tienko, die toen nog alleen op ’t Veloatje woonde.
Het gezin Hummel (foto 1930). Coll fam. Siersema
Het verhaal van Catrien Hummel
Bij een bezoek in 2011 aan Gerrit Siersema, die toen in Almere woonde, kregen we van hem een verhaal van zijn vrouw Catrien. Dit verhaal hadden zij samen opgesteld in 1999. Uit dat stuk hebben we het volgende opgetekend uit de periode dat zij op ’t Veloatje woonde.
Catrien ging naar de openbare lagere school aan de huidige Van Swinderenweg (nu museum Wierdenland). Het was een school met twee leerkrachten: Meester Kees en juffrouw Westerhuis.
Catrien (foto mei 1930) coll. fam. Siersema
Schoolfoto met de derde klas in 1934 (Catrien is het meisje achter de strik van het voorste meisje links) coll fam. Siersema
Als Catrien van school naar huis liep, kwam ze langs de melkfabriek, waar toen dhr. Ten Have directeur was. Vaak haalde ze dan de krant, het Nieuwsblad van het Noorden van de vorige dag op. Dan kreeg ze een koekje van mevrouw Ten Have; soms was het koekje verstopt in de krant.
Catrien beschreef ook, dat toen haar grootmoeder Trijntje de Vries nog op ’t Veloatje woonde, haar nicht Miene Oosterbeek heel vaak daar in het weekend kwam logeren (zie vorige episode). Zij speelde dan altijd met haar. Toen Catrien en haar ouders nog op Oldijk 1 woonden, moest ze vaak bij haar oma op ’t Veloatje slapen. Als oma dan onwel werd, moest ze (dus vaak ’s nachts!) snel haar ouders ophalen. Ze was toen nog maar een meisje van zo’n 5 jaar oud. Oma Hummel accepteerde geen andere oppas in huis (zie ook de vorige episode).
Vader Tienko Hummel maakte aan de schuur een aanbouw met veel glas met daarin hokken voor konijnen; het waren er wel veertig. Waarschijnlijk had hij deze konijnen om met de kerst te verkopen voor de slacht. Catrien gaf elk konijn een naam en maakte naambordjes bij elk hok; zo speelde ze daar.
Ook hadden ze een paar koeien en daar pachtten ze weiland voor, dat was niet altijd dicht bij huis. Haar moeder moest daarom soms al heel vroeg weg om de koeien op het land te melken. Haar vader had op de melkfabriek onregelmatige werktijden en was dus ook vaak weg. Daarom moest Catrien al jong (zo’n acht jaar oud) haar ouders meehelpen in het huishouden. Wanneer moeder ’s morgens thuis kwam van het melken, zorgde Catrien, dat er een pot warme thee was en ’s winters, dat de kachel brandde. In de winter stonden de koeien op stal, maar dan vond moeder het toch fijn, als er thee klaar stond na het melken.
Op een keer dacht Catrien, dat de kachel uit was. Ze deed brandhout en proppen papier op het as en goot er toen, zoals ze het haar ouders wel had zien doen, een scheut petroleum bij. De as gloeide op dat moment echter nog en er kwam een hevige plof. Daar bleef het gelukkig bij, maar had heel anders af kunnen lopen. Catrien is dit voorval nooit vergeten, omdat ze heel erg geschrokken was.
Ook uit de tijd dat Catrien op ’t Veloatje woonde, herinnerde zij zich, dat er op een zaterdagavond hevig geroepen werd en er geschreeuw was. Het bleek, dat er een auto in het Oldehoofsche kanaal gereden was. Bestuurder en inzittende hadden flink wat drank op. Ze konden gelukkig uit de auto klimmen, waarbij vader Hummel hulp verleende. De auto werd later uit het kanaal getakeld. Dit vond Catrien heel interessant en veel mensen en kinderen uit het dorp kwamen ook kijken.
Gymnastiekvereniging Ezinge Feerwerd Garnwerd (foto 11 september 1937). Catrien derde van rechts op de voorste rij. (coll fam. Siersema)
In 1938 kochten Tienko en Marchien het huis en een flink stuk grond van de heer Wassenaar op het huidige adres Tuinstraat 5, waar een fraaie boomgaard bij hoorde. Het fruit (peren en appels) en de “pronkbonen” uit de eigen moestuin werden verkocht voor extra inkomsten want de inkomsten van het koeienmelken waren weggevallen. Catrien was heel blij, dat ze naar het dorp verhuisde; ze kreeg nu een eigen kamertje. Ze trouwde met architect G.W. Siersema uit Amsterdam. Meneer Siersema was als jongeman in de tweede wereldoorlog in Ezinge ondergedoken bij notaris Harmannus van der Klei op Nieuwestreek 79. Op een bevrijdingsfeest in Eenrum kreeg meneer Siersema verkering met Catrien en zijn in 1949 in Ezinge getrouwd, maar bleven wonen in Amsterdam. Catrien was namelijk al snel na de eerste ontmoeting naar Amsterdam verhuisd, waar meneer Siersema werk voor haar had gevonden. Eind jaren ‘50 verhuisde het echtpaar naar Ierland. In 1998 zijn ze in verband met de gezondheid van Catrien teruggekeerd naar Nederland (Almere), waar Catrien in 2008 is overleden.
Het vervolg van Tienko Hummel en Marchien VenekampZoals aan het begin van deze episode is geschreven, werkte Tienko Hummel op de melkfabriek als stoker (leerling machinist).
Op de melkfabriek had hij op een gegeven moment met een aantal collega’s een staatslot gekocht. En dat was niet voor niets, want er viel een dikke prijs op! (Meneer Siersema herinnert zich nog, dat hij van zijn schoonvader Tienko toen een radiootje kreeg).
Tienko heeft toen een stuk van zijn tuin van Tuinstraat 5 afgescheiden en daar in 1956 een nieuwe woning op gebouwd (nu adres Tuinstraat 7). Schoonzoon Siersema was de architect van dit nieuwe huis.
De oude woning (Tuinstraat 5) met een stuk tuin verkocht hij aan de familie Zwartenkot. Op een steen in de gevel van het nieuwe huis zijn de initialen van Tienko Hummel en Marchien Veenekamp nog terug te vinden:
Gevelsteen Tuinstraat 7(foto 2011) TBH=Tienko Berend Hummel, MV=Marchien Veenekamp
In 1965 werkte Tienko Hummel 40 jaar (in loondienst) bij de melkfabriek, waarvan melding werd gemaakt in het jaarverslag van dat jaar:
uit het jaarverslag zuivelfabriek van 1965
Voor Tienko Hummel werd vanwege zijn jubileum door directeur Werkman een zilveren medaille overhandigd:
Tienko en Marchien Hummel bij het 40-jarig jubileum op de zuivelfabriek in 1965. Coll fam Siersema
Tienko Hummel maakte graag muziek en was lid van het zangkoor en van het muziekkorps De Eendracht uit Ezinge
Het zangkoor van Ezinge rond 1920. Tienko staat rechts achteraan. coll. fam Siersema
De Eendracht Ezinge, datering foto onbekend. Tienko rechts bij de blauwe pijl. coll. fam. Siersema
De Eendracht Ezinge, 1946. Tienko Hummel bij de rode pijl. Coll. fam. Siersema
Tienko Hummel overleed op 71-jarige leeftijd op 17 juni 1976 in Groningen.
Marchien Venekamp overleed op 85-jarige leeftijd op 11 maart 1991 in Zuidlaren.
Hieronder een foto van ’t Veloatje van de kant van de melkfabriek gezien, zoals het er toen uit zag. Er zat maar één raam aan die kant, waar toen de keuken was. Het kleine zwarte vierkantje links naast het raam was de ontluchting van de voorraadkast in de keuken, die naast de bedstede zat.
’t Veloatje in deze tijd, gezien vanaf de melkfabriek (foto begin jaren ’50) coll fam. Oosterhoff